Treinstoring
In donker opgestaan, verdwaasd
uit het holst van de nacht.
Het hart rilt, het hoofd raast
over lijnen niet eerder uitgedacht.
Er heeft iemand een trein gestremd
tussen Eindhoven en Den Bosch.
Forensen zijn het beeld gewend;
bij mij maakt het gedachten los.
Want, denk ik: moedig die mens,
die, handen voor zijn gezicht,
vastberaden bidt en wenst
nooit meer te lijden aan het licht.
Een stem fluistert diep in mij:
de hulp en hoop gingen hem voorbij.