‘Die Stoner vergeet je niet meer’, zegt de boekverkoper in Winterswijk. Alsof ze erg in hun nopjes zijn over mijn keus, hij en zijn vrouw. Zij pakt de roman in een handtasje. Ik lees als ik naar buiten nog even de ronkende quotes op de voorkant en achterflap voor ik het object in mijn fietstas laat glijden. ‘Het zal je leven veranderen’, belooft een scribent. Het boek is net uit. Het ligt een beetje sjofel voor me, gemarteld door de omstandigheden waaronder ik het de afgelopen twee dagen heb verslonden: op een camping, steeds in stukjes, met alle verwikkelingen van rondvliegende kinderen, het verzorgen van ontbijt, lunch en diner, hartenjagen. Weggegooid en weer gegrepen. Liggend, zittend, in de tent, buiten de tent. Soms grijpt een roman je naar de keel. Bevat het waarheden en diepere lagen die je een gevoel van herkenning geven van wat al sluimerend in je bestond. En voorwaar, ik was er ontvankelijk voor dit keer. Iemand had me namelijk gezegd dat het precies een boek voor mij zou zijn. Ik wachtte en wachtte,….maar er kwam met het stijgen van de bladzijdenummers niet veel. Ja, het is het verhaal over William Stoner, een onaanzienlijke man die een onderhoudend mensenleven heeft geleid. Mooi om te lezen. Op dat eerste niveau ben ik zelf ooit begonnen aan Levenbeschreven.nl: het vastleggen van de persoonlijke geschiedenissen van mensen; vanuit de overtuiging dat in ieder mensenleven een bijzonder verhaal schuilt. Ieder leven is de moeite waard om verteld te worden. Ook het leven van hoofdpersoon William Stoner. Of moet ik zeggen van auteur John Williams? Volgens mij is het een pure autobiografie. Vooral in het beschrijven van zijn buitenechtelijke verhouding voel ik hoe John Williams tevoorschijn komt achter zijn fictieve karakter Stoner. Hij schrijft zo puur, de idylle tussen man en vrouw, de verwondering over het eigen gevoel, dat ratio en zinnelijkheid één worden (lust & leren), de herkenning daarvan bij elkaar. En ook hoe hij aan het einde van het boek het sterven beschrijft, de dood, hoe hij langzaam buiten zijn lichaam treedt. Maar dat is in autobiografische zin dan weer ‘verdacht’, want dit manuscript dateert uit een tijd dat Williams nog springlevend was. Ik vind de stijl van Williams mooi. Onderkoeld, sober, scherpzinnig. Af en toe zie je hoe een dichter in hem schuilt. Zonder opsmuk kan hij de dingen met gevoel en ritme en diepzinnigheid verkondigen. Dat zijn de momenten waarop ik opveer. Wat hij bijvoorbeeld zegt over verstand en zinnelijkheid. Dat ze één zijn en dat het niet een keus is tussen die twee. Of neem de zin: “Eerst werd er slechts een nerveus randje van zijn verstand geraakt door wat hij las, maar langzamerhand drongen de woorden zich aan hem op.” Randje van je verstand". Dat is zo mooi gezegd! Maar: ik mis de diepere laag. Ik mis de identificatie. Ik mis de herkenning. Dingen die niet noodzakelijkerwijs met elkaar verbonden zijn, maar het helpt vaak wel. Via identificatie is er herkenning, via herkenning is er diepgang, de toegang tot verborgen schoonheid en waarheid. Maar misschien heb ik er wel teveel naar verlangd. Maak ik het te persoonlijk. Ik vind Stoner zo ….stoïcijns. Zo onbeholpen onaangedaan. Zo stuurs en rechtlijnig. Niet van zijn stuk gebracht. Eigenlijk nooit onredelijk, nooit vanuit het hart. Zo weinig emotioneel. Hij zal nooit iets forceren. Als er iets gebeurt, trekt hij zich terug. Als hij zich al verzet, is dat door te dissocieren van de situatie. Soms (zie zijn twisten met Lomax) zie je een onverzettelijkheid, een koppigheid. Maar dan ontbreekt enige actie en creativiteit, laat staan onbezonnenheid. Misschien die keer dat hij zijn eerstejaars colleges omgooit en wacht op reactie. En wint. Er zit in Stoners handelen een hoffelijkheid die hem te prijzen is, maar die leidt tot het tragische lot dat zijn levenspad vormt. Zoals hij teder zijn vrouw benadert in hun huwelijksnacht. Maar zich vervolgens in een paar dagen definitief van haar vervreemdt met een soort stoïcijnse gratie. Het irriteert me. Williams wil ons doen geloven dat hij een heel gevoelig mens is met hoge moraal en waardigheid, een eerzaam mens in de zin van Rabelais, Gargantua (Soyez honnête). Een docent die zijn vak verstaat, die de ‘traditie’ in stand houdt. Dat zal zo zijn, maar het jeukt, het is ergens onbevredigend. Ik realiseer me volledig dat het een oordeel is, mijn oordeel, en dat dat niet een oordeel over de kwaliteit van de roman in de weg mag staan. Maar toch, het is de reden dat dit boek niet mijn leven zal veranderen. |
0 Comments
Pake is overleden. Er is geen begrafenis, geen dienst. We hebben om hem gestaan, onze namen op de kaart gezet. Een sonnet.
Gedenkteken Niets dan een klank, een woord een rimpeling in roerloos water, het badhuis door een stem verstoord de echo sterft een oogwenk later. En dan is er illusie, het idee dat in hoofd en harten ingedaald de reis vervolgd met vrienden mee tot hun schreden ook zijn ingehaald. Als eindeloze slierten lucht drijven groepjes wolken heen, gebeiteld met een diepe zucht verweerd de namen op een steen. Rij na rij vormen ze getuigenis dat er in het voorbijgaan liefde is. De tuin als metafoor van het leven. Het dringt zich aan je op na zo'n zonnige dag, vol arbeid. Voltaire zei al dat 't tuinonderhoud de hoogste graad van levensgeluk is.
Een tuinleven De dag is al zo’n eind uit zicht als het geelgroen van de acacia dat wuift in ‘t blekend avondlicht zacht maant dat ik naar binnen ga; straks treedt hier de donker aan, boven de stille deken in de tuin zullen merels nog naar kersen gaan in de prunus met zijn hoge kruin – als hun zang wegsterft in de nacht en spelden schijnen aan de lucht is het dat ik het teken verwacht: een bries, een stem, intieme zucht dat de natuur in al zijn majesteit rustplaats voor mij heeft toebereid. |
Over mijIk schrijf en dicht graag over de bijzondere dingen in het leven van mijzelf en anderen. Archives
October 2021
Categories |